Het was dinsdagochtend, veel te vroeg en ik zat met de slaap in mijn ogen en de tandpasta in mijn mondhoeken, met een chagrijnige kop op de fiets. ''Het is verdomme lente, gedraag je er dan ook naar, stom weer.'' Mompelde in zachtjes toen ik de straat uit reed. Mijn vingers waren nu al vuurrood van de kou en boos probeerde ik ze hand voor hand warm te blazen. Zonder succes.
Zoals gewoonlijk haalde mijn overvolle kledingkast het positieve in mij naar boven en dus ook deze ochtend koos ik het setje uit wat net een tikje te koud is voor de dag. Blauwbekkend en mijn neus ophalend fietste ik verder, met de snelheid van Joop Zoetemelk. Dat heb ik mezelf aangeleerd om 1) mezelf warm te fietsen, en 2) het feit dat ik altijd te laat ben, dus altijd hard moet fietsen. En zo sjeesde ik iedereen nonchalant voorbij, tot ik bij een stoplicht kwam. Ik stond stil en staarde naar de voorbijrijdende auto's, alsof ik het nog nooit eerder had gezien.
Plots werd mijn innerlijke rust van het kijken naar de auto's bruut verstoord door een snedige stem die fel naar mij riep: ''Nou, ga je nog op dat knopje drukken? Sommige van ons hebben haast!'' Verdwaasd en verbaasd draaide ik mijn hoofd om, om te kijken wie mij deze gemene opmerking aangeboden had. Achter mij stond een wat oudere dame, ik schat achter in de vijftig, op een elektrische fiets. Ze had kort, krullend, oranje geverfd haar met vreselijke uitgroei. Met een dikke laag foundation probeerde ze haar rimpels te ontkennen en ze had een rode lippenstift iets te ver doorgetrokken.
Honderd duizend mogelijke reacties schoten door mijn hoofd, maar geen van allen was passend. En ondanks het feit dat ik deze mevrouw het liefst met elektrische fiets en al in de singel wilde duwen, besloot ik mijn 'what-the-fuuuck?!'-gezicht om te zetten in een vreselijk lieve glimlach en ik sprak de woorden: ''Mijn excuses mevrouw, ik was er even met mijn hoofd niet bij.'' De gemene mevrouw, die ik in mijn hoofd de naam 'Tinie' had toegekend, leek zich hier niks van aan te trekken en had nog steeds dezelfde boze rimpels in haar voorhoofd. ''Ja dat zie ik, nou, ga je nog drukken of hoe zit dat?''
Hier had Tinie het punt bereikt waarop ik me zo ontzettend erg moest inhouden om niet met een strafblad weer terug naar huis te fietsen. Verschillende moord-scènes met Tinie in de hoofdrol speelde zich voor mijn ogen af. Intussen was het verkeerslicht op groen gesprongen en Tinie besteeg haar elektrische, stalen ros en croste, met nog een laatste boze blik, vlug langs mij heen. Nog steeds een beetje perplex door de hele situatie fietste ik verder en kwam tot de conclusie dat dit soort mevrouwen niet bevorderend zijn voor mijn vertrouwen in de mensheid. Waarom zou Tinie dit nou gezegd hebben, had ze echt haast en irriteerde ze zich aan mijn trage begrip, zou ze huwelijksproblemen hebben, zouden haar sigaretten op zijn, of zou haar keffertje overleden zijn? Er zijn zo veel redenen te bedenken waarom deze mevrouw bij voorbaat al een hekel aan mij heeft, maar is het nou correct om dit schaamteloos te uiten? Ik vind van niet. Je kan het dus maar beter zelf voorkomen en mijn tip daarbij is: als je het koud hebt, blijf dan uit de buurt van Tinie's!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten