zondag 16 maart 2014

onverdraaglijk

En daar liep ze dan, in haar hemelsblauwe, wijde zomerjurkje. Bij iedere stap wierp ze een blik omlaag, naar hoe haar voeten een mooi patroon van afdrukken vormde in het mulle zand. Heel sierlijk haalde ze haar hand door haar stugge, donkerbruine haar. De tranen brandden achter haar ogen, maar ze liet ze niet naar buiten. Dat kon niet, ze moest nu doorlopen. Ze voelde even aan de zijdezachte stof van de rok van haar jurk. Steeds sneller liep ze langs de kustlijn van het strand, bij iedere golf kwam het water dichterbij haar voeten. Het leek zo lang geleden dat ze naar het strand was gegaan, het nog overvolle strand van die middag. In de brandende zon had ze nog gezwommen in de zee in haar pimpelpaarse bikini, toen had ze de kans, maar ze heeft het niet gedaan. En nu liep ze hier, uren later, in het donker, met haar twee donkerbruine slippers in haar ene hand.

''Niet aan denken!'' Zei ze tegen zichzelf, maar het hielp niets. Het was het enige waar ze aan kon denken, terwijl het koude zeewater inmiddels haar voeten had bereikt. Even bleef ze staan en tuurde in de verte over het water naar de horizon. Het maakte haar misselijk en ze liep gauw door. Hoe lang zou het nog duren voordat ze bij het vakantiehuisje zou komen en ze van haar lijden zou worden verlost? Vijf minuten? Tien minuten? Misschien wel een half uur. De moed zakte haar in de schoenen, maar toch bleef ze lopen. Het zand schuurde onder haar voeten en door het zoute water bladderde de rode nagellak van haar teennagels af. Het zag er somber uit, vond ze. Ze begon te rennen, haar jurk danste rondom haar bruine benen, maar na 100 meter stond ze stil. Een enorme druk oefende zich uit op haar blaas. Ze voelde een smerige warme straal langs haar rechterbeen naar beneden lopen. Ze kon het niet meer ophouden en daar stond ze dan, als een paard te zeiken in haar doorweekte bikinibroek.

2 opmerkingen: