vrijdag 7 november 2014

de vrije val

''Mam, wat gaan we eten?'' ''Ik heb lasagne gemaakt, we kunnen over een kwartiertje eten.'' ''Chill, ik heb honger!'' Na een lange, koude, herfstachtige dag school was ik flink uitgehongerd en klaar om aan te vallen op het zorgvuldig bereidde avondmaal waar mijn moeder druk mee bezig was. Lasagne is fijn eten. Het smaakt lekker, het is voedzaam en het is zo'n fijne, plakkerige substantie die van je vork zo je mond in kan glijden. Het water liep me al in de mond en een kwartiertje later schoof ik met een blij spongebob hoofd aan tafel. Met mijn vork en mes in de aanslag was ik klaar om mijn Italiaanse prooi te gaan verslinden, maar toen...

Toen ik, met de zorgvuldigheid van een openhartoperatie, een stukje dampende lasagne op mijn vork had geschoven en ik het geheel naar mijn mond bracht, gebeurde het. Het naarste wat je kan overkomen  als je op het punt staat te genieten van je eten. De verschrikking van elk uitgehongerd, zich aan een tafel bevindend persoon. Het kunstwerkje op mijn vork, werd genadeloos door moeder zwaartekracht van mijn vork af, terug mijn bord op getrokken. Ik had mijn mond al open om de bovengenoemde plakkerige substantie mijn mond in te laten glijden, maar het viel prompt van mijn vork af. De lasagne viel van mijn vork af. Het viel. Van mijn vork af. De lasagne.

Het inmiddels niet meer zo mooie stukje eten was te pletter gevallen en lag nu verspreid over mijn bord. ''Haha'' grinnikte mijn moeder. Ze begreep het niet. Ze kon niet begrijpen dat mijn etenslust totaal was verdwenen na dit traumatische voorval. Voor mij was eten niet zomaar vulling van je maag. Voor mij was eten, met name deze lasagne, een door God gemaakt maal dat alle zorgvuldigheid vereiste om er optimaal van te kunnen genieten. Dat was weg. Met tranen die brandden achter mijn ogen, schoof ik het hoopje ellende terug mijn vork op. Niks was meer hetzelfde. Het hapje dampte niet meer en mijn humeur was totaal omgeslagen. Ik was verdrietig over de crash van mijn hap lasagne en niemand leek me te begrijpen, ik stond er helemaal alleen voor.

De dagen daarna waren zwaar. Ik heb nog veel gehuild om het hapje, wat ik later had vernoemt naar een andere dappere strijder; Michiel de Ruyter. Mr. de Ruyter spookte dagelijks door mijn hoofd en als iemand vroeg wat er met mij aan de hand was, vertelde ik ze nooit over Michiel. Ze hoefden het niet te weten. Na iedere, daaropvolgende, grote boodschap, heb ik een serenade gezongen voor het toilet, in de hoop dat Mr. de Ruyter mij zou horen, en zou beseffen dat het me spijt. Michiel, als je dit leest; je was het mooiste hapje lasagne dat ik ooit heb mogen zien, ondanks dat we zo bruut uit elkaar zijn gegaan houd ik wel heel veel van je. Veel geluk met waar je nu naartoe gaat, ik zal je nooit vergeten!

zondag 7 september 2014

het witte huis

Laatst was ik in het Schothorste bos. Een klein bos, bij mij in de buurt. Aan de rand van dat bos staat een groot wit huis met mooie, klassieke vormen. Dat huis trekt altijd mijn aandacht. Ik heb namelijk geen idee waar het voor is, van wie het is, en wat zich achter de deuren afspeelt. Er is vast een simpele verklaring en een nog simpelere manier om erachter te komen, maar het idee dat ik geen idee heb wat dat huis daar doet vind ik leuk.

Laatst zat ik rustig op het grasveld voor dat huis met mijn rug tegen een grote boom aan voor me uit te staren. In eerste instantie naar het gras en de bomen om me heen, maar als snel trok het huis mijn aandacht. Ik probeerde me te bedenken waar het voor zou kunnen zijn, maar ik vond het lastig. Ik probeerde hints te ontdekken en die kreeg ik toen ik de deur open hoorde gaan en er een blonde vrouw van rond de 30 naar buiten stapte. Niet veel later zag ik een vrouw met een hoofddoek van ongeveer 40 naar buiten komen, in een rode Citroën stappen, en wegrijden. Gelijk daarna stapte een meisje de deur uit, of een vrouw. Ik schatte haar ongeveer 23. Ze was blond, droeg een zwarte legging, een turquoise trenchcoat en donkerblauwe ballerina's. Tot nu toe waren het dus alleen vrouwen die uit het huis stapten. Interessant.

 

In mijn hoofd waren duistere activiteiten, zoals het vermoorden van zwerfpuppies, het produceren van drugs, of het oprichten van een Amersfoortse maffia al uitgesloten. Noem het seksistisch, maar vrouwen kunnen dat gewoon niet. "Heee Monique, leuk topje meid! Heb je al gehoord dat we de geheime dienst binnengedrongen zijn?" "Hi Tracy, thanks! Oh echt? Good work! Leuk bosje bloemen trouwens, heb jij die neer gezet?" Dat wordt 'm niet..! 

Ik moest het dus in een onschuldigere hoek zoeken. Een boekenclubje misschien? Maar waarom dan zo'n belachelijk mooi huis? Zouden er dan misschien gewoon mensen wonen? De ventilator die ik door het raam op de eerste verdieping zag staan vertelde mij dat dat nog niet eens zo gek gedacht was. Echter waarom waren er dan zo veel verschillende mensen die rond een uur of 4 allemaal naar buiten gingen..? Ik werd langzamerhand gek van het feit dat ik niet met meer mogelijke doeleinden voor het huis kon komen. Ik voelde me een waardeloze Sherlock Holmes.. 

Ik ben tot de conclusie gekomen dat ik vaker voor dit huis plaats moet gaan nemen om meer hints te krijgen over zijn doeleinden. In feite zou ik het ook even kunnen google'n maar dat gaat tegen mijn principes in. Ik ben namelijk uiterst nieuwsgierig en ik wil dit helemaal zelf uitvinden. Hopelijk is het de moeite waard, want als ik er straks rond november achter komen dat dit Het Grote Pietenhuis is, is het een behoorlijke buzzkill!

woensdag 13 augustus 2014

killer heels

Als vrouw zijnde, heb je van die dagen dat je je graag even wil uitdossen en je veel sexier door het leven wil gaan dan je eigenlijk bedoeld bent. Dat doen wij dan door ons gezicht vol te smeren met make-up, onconfortabele en veel te strakke kleren te dragen, of door het lopen op hakken. Op dat laatste wil ik even de aandacht vestigen. Hakken, schoenen met een verhoogde hak. Schoenen waarmee je je voet in een uiterst onnatuurlijke positie manouvreerd. Je arme tenen op elkaar gepropt als sardientjes in een blikje. "Maar doet dat dan geen pijn?" Ja zeker.
 Iedere vrouw die je met en grote glimlach op hakken ziet lopen, is een eerste klas topactrice. Het is weldegelijk onconfortabel, pijnlijk en ook nog eens moeilijk. Je pikt daarom de beginners, die als een gehandicapte dinosaurus de straat op en neer strompelen, er ook zo uit. Daarom is de vraag: waarom doen we het nog? Ten eerste is het een simpel trucje om er een paar centimeter bij je lengte bij te smokkelen, ten tweede voel je je als vrouw machtig en groot op hakken, dit is overigens niet helemaal terecht, want als je blaast vallen we om, ten derde ziet het er sexy uit. Pas echter goed op met de laatstgenoemde, dit is vaak alleen het geval als je ze ook daadwerkelijk aanhoud. Zonder Compete zullen de voeten van hakkendraagsters er veelal uitzien alsof ze zes keer door een papierversnipperaar zijn gehaalt. Auw! 

Zijn de nadelen de voordelen waard? Nee. Blijven we toch hakken dragen? Ja. Waarom? Omdat we eigenwijze vrouwen zijn en lekker onszelf gaan martelen als wij daar zin in hebben. Dus heren, wil je een hakkendragende vrouw op de eerste date mee uit wandelen nemen, huur dan vast een scootmobiel of een Tuk-Tuk, dan wordt het een stuk gezelliger!

donderdag 29 mei 2014

schildpad

Oh dat gevoel, dat vreselijke gevoel van opgekropte haat, dat zich met drie keer de lichtsnelheid door je lichaam rondpompt. Dat gevoel dat ervoor zorgt dat je niet alleen je nagels, maar ook je vingers op wil eten. Dat gevoel dat je moet je ogen dicht wil schreeuwen en alles om je heen bruut wil verwoesten. ''Oh Jolein, niet weer zo'n blog over je haatgevoelens!'' Ja toch wel. Ik heb het over dat ene speciale gevoel dat je krijgt van een trage internetconnectie...

Misschien draaf ik door en ben ik iets te gretig in het gebruik van eventuele consequenties voor dit fenomeen, ik ben nu eenmaal een persoon van hyperboliseren. Bovendien denk ik dat het merendeel van jullie dit wel eens heeft mee moeten maken en dit gevoel dan ook met mij deelt. Haal het even terug, de laatste keer dat je vrolijk rond huppelde door de vele mogelijkheden van het wereld wijde web, maar pardoes struikelde over de zorgwekkend slome connectie. Hoe voelde je je toen? Voelde je je blij en luchtig, of eerder uiterst geagiteerd en in staat om vele vernielingen aan te richten? Precies.

Weldra volgt de omkering in mijn verhaal waarin ik vertel waar ik denk dat dit alles uit voort komt, ik ben immers ontzettend voorspelbaar:
Noem me zweverig, maar mijns inziens is dit een gevolg van de haast die wij als Nederlanders hebben ontwikkelt in het dagelijks leven. Tegenwoordig moet alles snel snel snel. De afwas werd een vaatwasser, de fiets werd een scooter, 3G werd 4G. Wij zouden met z'n allen wat meer met de minuut moeten leven, maar helaas, alles heeft haast. Behalve dan de handelingen die we voor het gemak maar even censureren.

Ook zou het kunnen liggen aan de verslavingsgevoeligheid die wij inmiddels allemaal hebben als het aankomt op het internet. Eerlijk is eerlijk, wie zit er niet zodra hij thuiskomt met zijn/haar snufferd voor het eerste de beste schermpje. Overigens ben ik zelf geen haartje beter dan het type dat ik hier omschrijf. Ook ik ben verslaafd, ook ik heb haast. Ik denk dat ik vanaf nu gewoon sloom ga worden. Weet je, fuck dit, ik word gewoon een schildpad.

zaterdag 26 april 2014

inspiratieloos

''Nee shit, dit is het ook niet.'' Met grof geweld sloeg ik de backspace knop aan en zag alle letters langzaam verdwijnen van mijn scherm. Ik draaide rond in mijn bureaustoel en mijn blik bleef hangen bij de spiegel. Toen ik aanschouwde hoe mijn wenkbrauwen zich ontzettend chagrijnig hadden samengetrokken begon ik te grinniken, maar dat duurde niet lang. Hmm, over school misschien? Nee dat is stom, besloot ik meteen. Een verhaal, over mensen of zo? Nee, dat heb ik vorige keer al gedaan. Boos trapte ik tegen de muur aan. Dit had ik overigens beter achterwegen kunnen laten, aangezien er een gruwelijke pijn door mijn tenen schoot. Dit was niet de manier om aan inspiratie te komen.

Even later slenterde ik de straat uit. Ik had bedacht dat wandelen mij misschien leuke ideeën op zou kunnen leveren. Al lopend kwam ik erachter dat mijn ninja-kick tegen de muur meer teweeg had gebracht dan ik had gehoopt en ik voelde een zeurende pijn in mijn tenen. ''Geweldig'' mompelde ik, maar ik besloot dat dit mij er niet van zou weerhouden om een leuk en inspiratievol wandeltochtje te maken. Ik liep door. Plots moest ik een stapje achteruit doen om te voorkomen dat mijn blije gedachten gesandwitched zouden worden tussen het asfalt en de wielen van een voorbijrijdende bus. Ik ging wel lekker zeg... Ik liep nog een paar straten verder, maar kwam tot de conclusie dat dit niet de oplossing voor mijn probleem was. Dan maar terug naar huis, maar dat was makkelijker gezegd dan gedaan.

Op de een of andere manier kreeg ik sterk het gevoel dat ik in een soort spel was beland en dat ik allemaal beproevingen moest doorstaan. Álles ging namelijk mis. Ten eerste struikelde ik over een slecht gelegde stoeptegel (hartelijk bedankt stratenmakers!) en tot overmaat van ramp werd ik ongegeneerd uitgelachen door twee achtjarige. Volgens viel mijn telefoon uit mijn zak en toen ik die opraapte kwam er een kat naar me toe, die waarschijnlijk een moeilijke jeugd, of huwelijksproblemen heeft gehad, en die vervolgens, met zijn nagels, op mij uitte. En toen ik het gevoel had dat ik eindelijk veilig de thuishaven had bereikt, bleek ik geen sleutel mee te hebben. Zoals je kunt voorspellen moest ik toen inbreken in mijn eigen huis en tja.. niet alles bleef heel... Jammer.

zondag 30 maart 2014

het stoplicht

Het was dinsdagochtend, veel te vroeg en ik zat met de slaap in mijn ogen en de tandpasta in mijn mondhoeken, met een chagrijnige kop op de fiets. ''Het is verdomme lente, gedraag je er dan ook naar, stom weer.'' Mompelde in zachtjes toen ik de straat uit reed. Mijn vingers waren nu al vuurrood van de kou en boos probeerde ik ze hand voor hand warm te blazen. Zonder succes.

Zoals gewoonlijk haalde mijn overvolle kledingkast het positieve in mij naar boven en dus ook deze ochtend koos ik het setje uit wat net een tikje te koud is voor de dag. Blauwbekkend en mijn neus ophalend fietste ik verder, met de snelheid van Joop Zoetemelk. Dat heb ik mezelf aangeleerd om 1) mezelf warm te fietsen, en 2) het feit dat ik altijd te laat ben, dus altijd hard moet fietsen. En zo sjeesde ik iedereen nonchalant voorbij, tot ik bij een stoplicht kwam. Ik stond stil en staarde naar de voorbijrijdende auto's, alsof ik het nog nooit eerder had gezien.

Plots werd mijn innerlijke rust van het kijken naar de auto's bruut verstoord door een snedige stem die fel naar mij riep: ''Nou, ga je nog op dat knopje drukken? Sommige van ons hebben haast!'' Verdwaasd en verbaasd draaide ik mijn hoofd om, om te kijken wie mij deze gemene opmerking aangeboden had. Achter mij stond een wat oudere dame, ik schat achter in de vijftig, op een elektrische fiets. Ze had kort, krullend, oranje geverfd haar met vreselijke uitgroei. Met een dikke laag foundation probeerde ze haar rimpels te ontkennen en ze had een rode lippenstift iets te ver doorgetrokken.

Honderd duizend mogelijke reacties schoten door mijn hoofd, maar geen van allen was passend. En ondanks het feit dat ik deze mevrouw het liefst met elektrische fiets en al in de singel wilde duwen, besloot ik mijn 'what-the-fuuuck?!'-gezicht om te zetten in een vreselijk lieve glimlach en ik sprak de woorden: ''Mijn excuses mevrouw, ik was er even met mijn hoofd niet bij.'' De gemene mevrouw, die ik in mijn hoofd de naam 'Tinie' had toegekend, leek zich hier niks van aan te trekken en had nog steeds dezelfde boze rimpels in haar voorhoofd. ''Ja dat zie ik, nou, ga je nog drukken of hoe zit dat?''

Hier had Tinie het punt bereikt waarop ik me zo ontzettend erg moest inhouden om niet met een strafblad weer terug naar huis te fietsen. Verschillende moord-scènes met Tinie in de hoofdrol speelde zich voor mijn ogen af. Intussen was het verkeerslicht op groen gesprongen en Tinie besteeg haar elektrische, stalen ros en croste, met nog een laatste boze blik, vlug langs mij heen. Nog steeds een beetje perplex door de hele situatie fietste ik verder en kwam tot de conclusie dat dit soort mevrouwen niet bevorderend zijn voor mijn vertrouwen in de mensheid. Waarom zou Tinie dit nou gezegd hebben, had ze echt haast en irriteerde ze zich aan mijn trage begrip, zou ze huwelijksproblemen hebben, zouden haar sigaretten op zijn, of zou haar keffertje overleden zijn? Er zijn zo veel redenen te bedenken waarom deze mevrouw bij voorbaat al een hekel aan mij heeft, maar is het nou correct om dit schaamteloos te uiten? Ik vind van niet. Je kan het dus maar beter zelf voorkomen en mijn tip daarbij is: als je het koud hebt, blijf dan uit de buurt van Tinie's!

zondag 16 maart 2014

onverdraaglijk

En daar liep ze dan, in haar hemelsblauwe, wijde zomerjurkje. Bij iedere stap wierp ze een blik omlaag, naar hoe haar voeten een mooi patroon van afdrukken vormde in het mulle zand. Heel sierlijk haalde ze haar hand door haar stugge, donkerbruine haar. De tranen brandden achter haar ogen, maar ze liet ze niet naar buiten. Dat kon niet, ze moest nu doorlopen. Ze voelde even aan de zijdezachte stof van de rok van haar jurk. Steeds sneller liep ze langs de kustlijn van het strand, bij iedere golf kwam het water dichterbij haar voeten. Het leek zo lang geleden dat ze naar het strand was gegaan, het nog overvolle strand van die middag. In de brandende zon had ze nog gezwommen in de zee in haar pimpelpaarse bikini, toen had ze de kans, maar ze heeft het niet gedaan. En nu liep ze hier, uren later, in het donker, met haar twee donkerbruine slippers in haar ene hand.

''Niet aan denken!'' Zei ze tegen zichzelf, maar het hielp niets. Het was het enige waar ze aan kon denken, terwijl het koude zeewater inmiddels haar voeten had bereikt. Even bleef ze staan en tuurde in de verte over het water naar de horizon. Het maakte haar misselijk en ze liep gauw door. Hoe lang zou het nog duren voordat ze bij het vakantiehuisje zou komen en ze van haar lijden zou worden verlost? Vijf minuten? Tien minuten? Misschien wel een half uur. De moed zakte haar in de schoenen, maar toch bleef ze lopen. Het zand schuurde onder haar voeten en door het zoute water bladderde de rode nagellak van haar teennagels af. Het zag er somber uit, vond ze. Ze begon te rennen, haar jurk danste rondom haar bruine benen, maar na 100 meter stond ze stil. Een enorme druk oefende zich uit op haar blaas. Ze voelde een smerige warme straal langs haar rechterbeen naar beneden lopen. Ze kon het niet meer ophouden en daar stond ze dan, als een paard te zeiken in haar doorweekte bikinibroek.

maandag 3 maart 2014

spijkerjasjes

Vandaag wil ik iets met jullie delen, wat mij al jaren dwars zit. Nooit heb ik begrepen dat er daadwerkelijk zulke martelwerktuigen voor het menselijk lichaam werden ontworpen en verkocht. Zodra ik er één zie krijg ik het er zelf benauwd van en krijg ik de neiging om gillend weg te rennen. Ik heb het hier uiteraard over spijkerjasjes.

Spijkerjasjes zijn ontworpen (waarschijnlijk door iemand zonder ogen) om met je armen schuin naar achter, door iemand anders over je armen en schouders heen te laten hijsen en vervolgens rond te lopen zonder iets te doen. Je leven wordt namelijk beperkt. Zodra je één arm omhoog doet, lijkt zwaartekracht te verdwijnen en gaat het gehele kledingstuk mee de lucht in. Dit kan nooit de bedoeling zijn! Oke, dat je niks meer kan doen met zo'n misvormde spijkerbroek aan is nog tot daar aan toe, maar stel je nou voor dat je kriebel krijgt aan je bovenarm... Nou geloof me, dan breekt de hel in je los..

Echter het gene wat mij nog het meeste ergert is het feit dat mensen deze vloekmagneten nog steeds kopen en dragen... Ikzelf word onmiddellijk claustrofobisch als je mij zo'n ding aantrekt en ik kan er met mijn hoofd niet bij dat mensen zichzelf met plezier is zo'n kledinggevangenis wurmen. Het is niet dat het me fysiek pijn doet om zo'n jasje te dragen, maar ik word helemaal psychisch gestoord als ik mijn ledematen niet op de manier kan bewegen als dat ik dat normaal kan (dit is niet iets wat je graag mee wil maken).

En voor alle  spijkerjasjesdragers onder ons: ik heb enorm veel respect dat jullie het een hele dag vol kunnen houden in een jas van spijkerstof, maar vertel me alsjeblieft jullie geheim, want er moet iets achter zitten. En als ik nou na het schrijven van dit stukje toevallig iemand in een spijkerjasje tegenkom, kun je verwachten dat je me bij jou thuis kan horen gillen!

vrijdag 14 februari 2014

sportdag

Zo nu en dan krijgen wij leerlingen van onze geliefde school een cadeautje, een dag waarop alle lessen worden vervangen door overdreven gestimuleerd en amateuristisch gesport. De zogeheten sportdagen. Voor sommigen een waar walhalla, voor anderen een pure hel. Ik behoor tot beide.

Redenen waarom ik het leuk vind:

1. Ik ben fanatiek
2. Ik hou van concurreren
3. Ik vind het leuk om actief bezig te zijn

Redenen waarom ik het haat:

1. Ik ben zo fanatiek dat ik iedereen uitscheld
2. Ik ga altijd schreeuwen tegen mijn team genoten
3. Ik heb de conditie van een baksteen

dit bij elkaar genomen zorgt voor een dubbel gevoel bij mij als het beruchte woord 'sportdag' valt. Ikzelf kan er af en toe volop van genieten en al mijn energie kwijt, maar de mensen rondom mij laat ik geregeld getraumatiseerd achter. Lijkt me niet de bedoeling.

Hierdoor vertoon ik zoals dat heet 'sportdag-ontwijkend-gedrag'. Op de een of andere manier vertoon ik altijd enige mankementen vlak voordat er weer een sportdag op de loer ligt. Soms bewust, soms doet mijn lichaam het vanzelf. Zoals deze keer: ik heb 2 weken ziek geweest, de weken voor de sportdag en een sportdag leek mijn moeder toen ''wel het minst nuttig van alle shit zo vlak voor de vakantie''. Goh dat vond ik zó vervelend! En zo ben ik de afgelopen 2 jaar wel vaker sneaky onder een sportdag uitgekomen muhahaha.

En lieverds, ik probeer jullie niet te stimuleren in jullie wanhopige ontsnappingspogingen bij de sportdagen, want sporten is goed voor je lichaam en hersens bla bla bla. Behalve als je een dusdanig gevaar vormt voor je medemens, dat het voor ieders veiligheid verstandiger is om jezelf op deze blije, actieve dagen maar terug te trekken in je bed met een goed boek. Degene die bepaald of jij wel of niet gevaarlijk bent, ben jij zelf, maar zodra al je klasgenootjes zich in het achterste hoekje van de gymzaal proppen met angst in hun ogen als jij in je sportbroekje de gymzaal in komt stappen, weet je wat mij betreft meer dan genoeg!

donderdag 6 februari 2014

flappyfetisj

''Oh wat leuk, dat ziet er niet moeilijk uit!'' is je eerste gedachte. ''Als ik dat download, haal ik vast een hele hoge score en kan ik iedereen laten zien dat ik wel ergens goed in ben.'' Deze gedachtes lieve vrienden, zijn maar schijn. Je zult er niet goed in zijn, je zult geen hoge score halen en je zult er nooit meer vanaf komen. Kwetsbare telefoons worden kapot gegooid, kwetsbare zieltjes worden kapot gemaakt. Stap nooit, maar dan ook nooit in de duistere wereld van... Flappy Bird...

Voor de onwetende onder ons: het gaat hier om een gruwelijk simpel, uiterst verslavend spel, waarbij je met tikjes op je scherm een vogel tussen de openingen van groene buizen door moet laten vliegen. Dit lijkt simpel, maar is niets is minder waar. Je denkt heel goed te zijn, maar je komt hoogstwaarschijnlijk nooit verder dan 4...

Voor de mensen die al gedoemd zijn om zich met heel het hart in dit spel te werpen: dit waardeloze rode, gele of blauwe vogeltje, beschikt niet over het talent om zelfstandig te kunnen vliegen, je zult deze hierbij voortdurend moeten ondersteunen, tot je eigen verdriet. De grote, groene buizen, met een mario-achtig tintje, verschijnen niet in de normale natuur, dat een vogeltje zoals deze zich in zo'n situatie bevindt is dus uiterst onwaarschijnlijk. Trap er niet in! Ook wil ik jullie op de hoogte stellen van het feit dat het beestje uit hooguit 60 pixels bestaat en daarmee verre van levensecht is, wat je met de technische kennis van tegenwoordig wel zou mogen verwachten van een enorm populair spelletje. Als laatste wil ik jullie erop attenderen dat dit spel in totaal waarschijnlijk zo'n 20 euro heeft gekost om in elkaar te flansen en dat je de verveelde makers helpt om van deze slordige 20 euro een dikke miljoen te maken door jezelf te onderwerpen aan dit spel. Is dat wat je wil met je leven?

Deze nakomer van Angry Birds, Cut The Robe en Bike Race is misschien wel even erg als al zijn voorouders bij elkaar, aangezien er geen einde aan komt, je blijft vliegen. Het word niet moeilijker, je kan niets behalen, je blijft alleen maar vliegen. Het is als het vliegen in een groot zwart gat zonder uitzicht... Deprimerend, is het niet? JA, dat is het wel. Ik probeer met dit simpele stukje tekst, de Flappy-Bird-maagden onder ons te beschermen tegen de vreselijke wereld die daarbuiten op hen wacht. Wees vrij nu je nog de mogelijkheid hebt, vrij als een vogel, vrij als een Flappy Bird!

zondag 19 januari 2014

zomergloed

''Jolein, ik heb wat leuks gekocht!.'' Oeh, nieuwe dingetjes, altijd leuk. Het maakte niet uit wat zich in het felgekleurde plastic tasje bevond, het is nieuw, dus het is geweldig. ''Tadaa,'' behendig en met een brede grijns toverde mijn moeder een klein tubetje met een gele dop uit het tasje. ''Moet je maar eens proberen.'' Wegduikend voor het kleine tubetje dat ik nonchalant naar mijn hoofd geslingerd kreeg, probeerde ik te lezen wat erop stond: 'Zomergloed'. Dit was een logische zet van mijn moeder, aangezien mijn huidskleur een creatieve mix is van die van Sneeuwwitje en een albino konijn.

''Is dit zelfbruiner of zo?'' riep ik over mijn schouder, terwijl ik aan het witte goedje probeerde te ruiken en daarmee een hele klodder onder mijn neus spoot. ''Ja zoiets ja, het is een soort zalf die je iedere dag op moet doen, maar je moet daarna wel goed je handen wassen, dat staat op de achterkant.'' Spottend lachend om deze onzinnige waarschuwing, schraapte ik met mijn vinger de grote ongewenste hoeveelheid zalf onder mijn neus vandaan. ''Ruikt wel lekker!''
''BWUEEEEAHH'' met een helse kreet en mijn rug in de vorm van een banaan, zodat alle wervels eens even goed kennis met elkaar konden maken, rekte ik me een paar uur later uitgebreid uit in mijn bureaustoel. Het werd al donker en ik besloot het kleine lampje boven mijn levensgrote spiegel even aan te knippen. Zodra ik me omdraaide en oog in oog met mezelf kwam te staan in de spiegel, schrok ik me zo kapot, dat mijn telefoon een gratis vliegreis door mijn kamer kreeg. ''HOLY SHIT, MAM, IK HEB EEN SNOR.'' ''Leuk schat, ik ben even aan het koken'' was het antwoord van beneden, wat mij irriteerde, en mij dus nog opgefokter maakte. ''NEE IK MEEN HET, IK HEB ECHT EEN SNOR, KOM SNEL!.'' Met een typisch moederlijke 'als-ik-hier-voor-niks-kom-maak-ik-je-af-blik' sjokte mijn moeder de trap op. ''Nou laat eens zie...'' Meteen veranderde haar blik naar volle verbazing, met een klein sprankje plezier ''gefeliciteerd, je wordt een man.''

''DIT IS NIET GRAPPIG MAM, WAT MOET IK DOEN, WAT IS DIT?!'' ''Oke oke, rustig, laat eens kijken.'' Met een observerende blik pakte mijn moeder mijn kaak beet en zette me onder de lamp ''Hmm, het lijkt wel een vlek van iets..'' Ineens schoot het mij te binnen, de zelfbruiner! ''Dit méééén je niet, mam, het is die kuttube met zomergloed..!'' Nu kon mijn moeder zich echt niet meer inhouden en begon te lachen ''hahaha, ik zei toch dat ze je waarschuwden... Eigen schuld, nu heb je een zomersnor!''

woensdag 8 januari 2014

man in pak

Vandaag was de eerste dag dat ik meedeed aan het MEP. Het Model European Parliament. Het is een nerd-ding voor vwo'ers waar je politieke dingetjes doet en zeurt over problemen waar wij als tieners toch niks aan kunnen veranderen. Nadere uitleg bespaar ik jullie, aangezien dit voor de ongeïnteresseerde dezelfde werking zal hebben als het tellen van 3 miljoen schaapjes. Het is daar wel allemaal super formeel en zuurpruimerig netjes. Het nerdgehalte ligt er ook verbazingwekkend hoog. Mijn place to be!

Bij al dat officiële gezeik hoort natuurlijk een strak pak. En dit is het onderwerp waar ik het over wil hebben. Er zwemt namelijk al een lange tijd een brandende vraag rond ergens diep in mijn brein: waarom zijn mannen in pak altijd sexier? Het is ongelofelijk, maar zodra je een man in een pak ziet, kijk je niet eens meer naar z'n hoofd! Ik kijk ernaar als een opa met 348 pandapunten die voor het eerst sinds 10 jaar weer in een nachtclub is.

Het is vreemd hoe zo'n statig pak een man zo oogverblindend kan maken dat je het hele pak meteen wil likken. Echter zodra je de moed zou verzamelen om met grof geweld het oh zo mooie stukje kledij van het lichaam van de man af te rukken, zal je teleurgesteld zijn door de aanblik zo zonder het pak... Zit het 'm dan toch in het pak? Is het dan betovert of vervloekt?

Als iemand antwoord weet op deze eindeloze levensvraag die met zijn bestaan worstelt in mijn hoofd, leg mij dit alsjeblieft uit, ik sta te trappelen om een antwoord of een nuancering van mijn stelling. Kom maar op!

zaterdag 4 januari 2014

natte sokken

Stel je dit voor: 
Je komt in je vakantie lekker lui uit je bed gekropen en je sleept jezelf richting de badkamer om je blaas te gaan legen. Je trekt je pyjama uit, zet de douche aan en rolt jezelf, met de slaap nog in je ogen over de koude tegelvloer richting de douchecabine, om daar eens rustig wakker te worden. Dat lukt zeer goed. Binnen de kortste keren sta jij je natte, naakte lichaam te bewegen als één van de achtergronddanseressen van Beyoncé. Je zingt de sterren van de hemel terwijl het publiek luidkeels schreeuwt dat je je kop moet houden. Je schud je net gewassen haren wild heen en weer, als Justin Bieber in zijn jongere jaren, waarbij je de gehele badkamer voorziet van een creatieve decoratie van spetters en schuim.

Zodra je klaar bent met je meesterlijke act, ruk je snel een handdoek van de stapel, om die als de nieuwste creatie van Viktor & Rolf, sierlijk om je rillende lichaam heen te slaan. Je vlucht naar je kamer, om jezelf daar te voorzien van kleding en een paar fris gewassen, lekker ruikende, schone sokken. Plotseling besef je je dat je je pyjama op een hoopje in de badkamer had gedeponeerd, zonder deze vervolgens weer mee te nemen naar je kamer. Je rent terug en wil hem vlug van de grond grissen, om het hoopje ellende te verplaatsen naar de kamer.
 
Fout. Je kan niet ongestraft na het douchen, op je sokken terug de badkamer in, zonder dat je één van de meeste gehate 'first world problems' vol in je gezicht geduwd krijgt. Zodra je een stap wil zetten in de badkamer, kom je met je sok terecht in een plasje water...
Het lijkt wel of je een stap in het midden van de oceaan zet, zo nat word de onderkant van je fijne -inmiddels niet meer zo schone- sokje. Er volgt een ongecensureerde woordenstroom van haatuitspattingen uit je mond en vervolgens een jammerlijke noodkreet die de hele buurt uit hun rust haalt. En terecht.


Natte sokken zijn een hatelijk fenomeen. Het verstoord je lui-lekker-leventje volledig, bij iedere stap word je genadeloos herinnert aan de ongewenste vlek onder je voet. Vrijwel iedereen zal hierover mee kunnen praten. En ook iedereen zal beamen dat het verschrikkelijk en mentaal ontzettend pijnlijk is. Je staat dus volledig in je recht als je openlijk wil schelden of huilen over dit verschrikkelijke voorval. Totdat er volledig waterdichte sokken uitgevonden zijn is mijn advies: keihard oefenen met op je handen lopen!